De monumenten die Jan Kempenaers onlangs bezocht en fotografeerde in voormalig Joegoslavië worden doorgaans beschouwd als ideologische bouwwerken die zelden onderwerp zijn voor een directe esthetische ervaring.
Het lijkt alsof het ontbreken van de (officiële) manifestatie van het collectieve geheugen, iets dat in het verleden vaak gerealiseerd werd met een overweldigend pathos, het vandaag nog steeds onmogelijk maakt enige ware interesse voor ze te tonen of ze als kunstwerken te ervaren. Het scherm van de sociale context verbergt hun esthetische inhoud, die tegenwoordig de volle ideologische retoriek van weleer moet ontberen.